“Op een dag zullen de wonderen komen, zomaar, zonder dat je ze roept. En jou vertellen wat je diep in je hart altijd al geweten hebt.” Dit schreef Sofia Yiannatou in een lied dat gezongen werd door haar zus Savina. Deze tekst draag ik al jaren bij me, maar toch ben ik keer op keer verwonderd als ik een wondertje ervaar. Gelukkig maar.
Vier dagen voordat ik op 18 mei mijn voorjaarsretraite begin, land ik vroeg in de ochtend op het mooie Corfu. Mijn nicht Thirza belde me wakker en ik realiseerde me dat ik de wekker een uur later dan mijn bedoeling was, gezet had. Mijn nicht en mijn dochter, bij wie ik logeer, helpen me vlot de deur uit. Geen tijd om te douchen. Ik voel me heel erg moe, wazig in het hoofd en ook ineens heel erg oud. Gisteren waren het nog kleine meisjes, nu zijn het krachtige vrouwen, die mij snel en liefdevol de deur uitwerken en dankzij een potje lekker doorscheuren, ben ik ruim op tijd op Rotterdam -The Hague Airport. Dankbaar ben ik voor hun daadkracht en vanaf het vliegveld laat ik hen dat in een berichtje weten.
Altijd als ik in Griekenland uit een vliegtuig stap voelt het als thuis komen. Ik adem Corfu weer in en ervaar blijdschap. Vanuit dit vliegveld kun je zo de stad in wandelen, dus ik ga traag te voet met mijn kleine koffertje richting het oude centrum. Daar heb ik een blind date met Pavlos, wiens huis ik gehuurd heb. We gaan elkaar vinden voor het Hondos-centrum. Hondos vind je overal in Griekenland, een beetje chique soort warenhuis.
Mooie bedelaar
Ik kies de route langs de zee, ook al loop ik dan een beetje om. Ik heb geen haast. Na een paar minuten zitten op het bankje voor het Hondos hoor ik mijn naam. “Yia sou Pavlos” zeg ik, terwijl ik me omdraai. Pavlos gaat me voor naar zijn huis, leidt me rond en wijst me op zijn favoriete plek voor koffie in de ochtend (op de patio onder de citroenbomen), geeft me de sleutels en gaat er vandoor.
Binnen is het heerlijk koel. Ik neem een douche, trek wat schoons aan en ga aan de wandel. Voor het Hondos zit een bedelaar, die ik €5,- geef. Dat voelt goed. Ik doe dat altijd zo snel mogelijk, maar zijn blik vangt de mijne als hij “Thank you” zegt. Een mooi en lief gezicht. Ik wil zijn verhaal weten, maar dat gaat me eigenlijk niets aan.
Geven is leuk
Al een jaar ben ik op reis en ik lees en luister (audioboeken) veel. Ik daag mezelf iedere dag uit om op de één of andere wijze mijn overtuigingen te herprogrammeren.
Vandaag oefen ik in ‘geven’ en daarom heb ik wat cash getrokken. Dat geeft makkelijker. Het is leuk om te geven. Ik wil mijn overtuigingen over rijkdom en de angst voor gebrek veranderen. Eens kijken of ik kan geven zonder me zorgen te maken. De reden dat ik op Corfu ben is dat ik mijn retraite weer ga geven, die gaat over herprogrammeren en ik ben hier voortdurend mee bezig.
Geven is ontvangen
De dag voor mijn vertrek heb ik een nieuwe telefoon gekocht, na veel twijfel of dat nou wel nodig was. Weer lekker last minute, dus nu heb ik 2 foons bij me, want gisteren was ik te moe om alles over te zetten. Ik heb onderweg een ‘smart gadgets’ winkel gezien, waar ik een screen protector kan kopen. Terwijl even later de eigenaar van de shop het beschermglas er zeer zorgvuldig op plaatst, vertel ik hem terloops dat ik de icoon achterop mijn foon geschilderd heb. Hij vindt het erg mooi. “Als je het mooi vindt breng ik je er morgen een paar” beloof ik. Slechts €8,- (for you!) vraagt hij voor de screen protector en het lukte hem in 1 keer, helemaal stofvrij.
Foto: Op ‘bidplekken’ en in kerkjes laat ik soms mijn iconen achter.
De wonderen komen vanzelf
De volgende ochtend loop ik, na Griekse koffie onder de citroenboom, richting de man van de smart gadgets. Eerst langs de bedelaar. Gisteren heb ik gezien dat hij een bordje naast zich heeft staan, waarop geschreven: “It is cool to be kind” en ik heb een icoon kaartje geschreven, waarop in het Grieks: “Je hebt gelijk. It is cool to be kind.” Dat geef ik hem, samen met 10 euro. Voorheen had ik allerlei vragen en oordelen over zo’n man, maar ik heb nu gekozen om die los te laten. Daarna loop ik bij de gadgets winkel naar binnen en geef de man 3 icoon kaarten. Hij laat ze zien aan zijn medewerkers. “Je bent zeer getalenteerd” zegt hij. “Wat kosten ze?” “Tipota!” Ik zeg hem op allerlei manieren dat ik niks wil hebben, maar hij staat erop dat ik geld van hem aanpak. Hij is een trotse Griek, dus ik maak het niet lastiger. Als hij zijn laatje open trekt en mij 20 euro aanreikt, pak ik het aan. En ik denk: Voor de bedelaar.
Voordat ik vanuit Kerkyra weer naar het vliegveld wandel om mijn team op te halen en samen door te reizen, loop ik nog een paar keer langs het Hondos centrum, maar de bedelaar heb ik niet meer gezien. Gek genoeg heb ik nu meer ontvangen dan gegeven. Als je durft los te laten komen de wonderen. Met veel plezier heb ik in de dagen erna royale tips gegeven.